neerhof

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  neerhof    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • neer·hof
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord neerhof neerhoven
verkleinwoord neerhofje neerhofjes

Zelfstandig naamwoord

hetneerhofo

  1. een voorgebouw van een feodaal huis zoals een kasteel, borg, havezate of state
    • Omstreeks 1730 verplaatste men de ingang van het kasteel naar de middenvleugel aan de zuidkant, tussen de twee middentorens. Een sober hardstenen portaal in Lodewijk XV-stijl vormde met een bovenbouwwerk de omlijsting. De twee poorten van het neerhof en de inrij in de westelijke en oostelijke hoek ten zuiden van het kasteel, werden gebouwd en met een typisch mansart-dak afgedekt4. [3] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord neerhof staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
16 %van de Nederlanders;
81 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.