ontvoering

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ontvoering    (hulp, bestand)
  • IPA: /ɔntˈfurɪŋ/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ont·voe·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ontvoering ontvoeringen
verkleinwoord ontvoerinkje ontvoerinkjes

Zelfstandig naamwoord

deontvoeringv

  1. het, tegen iemands zin, wederrechtelijk verplaatsen van een persoon
    • De term "ontvoering" wordt in het algemeen gebruikt wanneer de ontvoerder iemand onttrekt aan zijn vertrouwde milieu en wegvoert naar een onbekende plaats. 
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • kinderontvoering
Afgeleide begrippen
  • ontvoeringszaak
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ontvoering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.