oorarts

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  oorarts    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈorɑrts/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • oor·arts
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord oorarts oorartsen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deoorartsm

  1. (beroep) (medisch) medisch specialist op het gebied van oorziekten
    • ‘Er zijn twee mogelijke opties bij gehoorschade’, zegt audioloog Sophie Degeest. ‘Een eerste mogelijkheid is medicatie toedienen, meer bepaald cortisonen. Bijkomend kan de patiënt een hyperbare zuurstoftherapie ondergaan.’ Die behandelingen moeten gebeuren door de neus- keel- en oorarts.[2] 
    • Sinds oktober merkte ik dat er iets was. Ik heb geprobeerd om met hem te praten, steeds weer. Maar hij zat in zijn eigen wereld en ik kon niet bij hem komen. Hij toonde eigenlijk nergens meer interesse in. Niet in de jonge pups die waren geboren, niet in wat we zouden eten met kerst, niet als ik naar de oorarts was geweest, niet in de kerstboom.[3] 
Synoniemen
  • oorheelkundige, oormeester
Hyperoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord oorarts staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. de Standaard 30 mei 2017 door mg
  3. Tubantia 13 februari 2017
  4. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.