ovulatie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ovulatie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ovu·la·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘uittreding van een eicel’ voor het eerst aangetroffen in 1924 [1]
  • Naamwoord van handeling van ovuleren met het achtervoegsel -atie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord ovulatie ovulaties
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deovulatiev

  1. (seksualiteit) het gereedkomen van een eicel uit de eierstok
    • Zo snel mogelijk zwanger worden begint met weten wanneer je vruchtbaar bent, wanneer je ovulatie is. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • ovulatie-inductie, ovulatiefase, ovulatieremmer, ovulatiestoornis
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ovulatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.