paswoord

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  paswoord    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pas·woord
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord paswoord paswoorden
verkleinwoord paswoordje paswoordjes

Zelfstandig naamwoord

hetpaswoordo

  1. (informatica) een geheim woord dat aan degene die het kent samen met zijn gebruikerscode toegang verschaft tot een informatiesysteem
Synoniemen
Vertalingen
   1. zie: wachtwoord   

Gangbaarheid

  • Het woord paswoord staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
74 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.