piraat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  piraat    (hulp, bestand)
  • IPA: /piˈrat/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • pi·raat
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘zeerover’ voor het eerst aangetroffen in 1562 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord piraat piraten
verkleinwoord piraatje piraatjes

Zelfstandig naamwoord

depiraatm

  1. (scheepvaart), (misdaad) iemand die op zee met een schip andere schepen aanvalt en/of kaapt
    • In Somalië is een nieuwe generatie piraten aan het kapen geslagen. 
  2. (figuurlijk) iemand die zonder vergunning en/of illegaal een bepaalde activiteit doet
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord piraat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.