poliopatiënt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: poliopatiënt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- po·lio·pa·ti·ent
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van polio zn en patiënt zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | poliopatiënt | poliopatiënten |
verkleinwoord | poliopatiëntje | poliopatiëntjes |
Zelfstandig naamwoord
de poliopatiënt m
- (medisch) persoon die lijdt aan poliomyelitis een virusinfectie die kan leiden tot verlammingen en verdwijnen van spiermassa in de aangedane ledematen
- ▸ Veel ouders laten hun kinderen niet vaccineren omdat ze op internet lezen dat het meer kwaad dan goed doet, stelt het RIVM. ,,En een andere oorzaak is dat ouders niet meer geconfronteerd worden met ernstig zieke kinderen zoals poliopatiënten,‘’ zegt SP-Kamerlid Henk van Gerven. ,,Daardoor onderschatten zij het risico en zijn ze laks met vaccineren’’[1]
- ▸ Franco Seminara is een poliopatiënt en zetelde al in de Senaat, waar in 2003 de infrastructuur werd aangepast om er Stéphanie Anseeuw (Open VLD), het eerste parlementslid in een rolstoel ooit, te kunnen verwelkomen.[2]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord poliopatiënt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Hans van Soest“Kabinet schrikt van cijfers: Aantal vaccinaties moet stijgen” (25-06-2018), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Kamer verwelkomt eerste parlementslid in een rolstoel” (Maandag 5 juli 2010 om 13:29), De Standaard
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.