pos

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pos    (hulp, bestand)
  • IPA: /pɔs/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • pos
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pos possen
verkleinwoord posje posjes

Zelfstandig naamwoord

deposv/m

  1. (straalvinnigen) bepaald soort vis, Gymnocephalus cernuus , behorend tot de familie van de baarsachtigen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • stekelpos
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord pos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
38 %van de Nederlanders;
28 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Indonesisch

Woordafbreking
  • pos
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

pos

  1. post

Oppersorbisch

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Zelfstandig naamwoord

pos m

  1. (roofdieren) hond
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.