protest

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  protest    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pro·test
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘(uiting van) verzet’ voor het eerst aangetroffen in 1582 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord protest protesten
verkleinwoord protestje protestjes

Zelfstandig naamwoord

deprotestm

  1. een uiting van ontevredenheid met het gevolgde beleid
     Er werd opvallend veel geblowd op de PCT. Vooral de Amerikanen waren er gek op, wellicht als protest tegen de strenge war on drugs.[4]
Anagrammen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord protest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  protest (zelfstandig naamwoord)    (hulp, bestand)
  • IPA: /prə'tɛst/
  • Geluid:  protest (werkwoord)    (hulp, bestand)
  • IPA: /'proʊtɛst/
enkelvoud meervoud
protest protests

Zelfstandig naamwoord

protest

  1. protest
vervoeging
onbepaalde wijs to  protest 
he/she/it  protests 
verleden tijd  protested 
voltooid
deelwoord
 protested 
onvoltooid
deelwoord
 protesting 
gebiedende wijs  protest 

Werkwoord

protest

  1. protesteren


Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / pɾuˈtest /
Woordafbreking
  • pro·test
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het middeleeuwse Latijn:  protestum zn Latijn:  protestari zn  met het voorvoegsel pro-; zie ook  Protest zn  en  protest zn 
Naar frequentie 6072
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   protest     protesten     protester     protestene  
genitief   protests     protestens     protesters     protestenes  

Zelfstandig naamwoord

protest, o

  1. protest
  2. (financieel), (juridisch) openbare verklaring dat een wissel niet tijdig is aanvaard of betaald
  3. (juridisch) bezwaar, verzet
  4. (politiek) betoging, demonstratie, protestmars
    «Mer kan jeg ikke si om dette prosjektet fordi det er uforløst.»
    Meer kan ik over dit project niet zeggen, omdat het niet voltooid is.
Hyponiemen
  • [1]:  naboprotest zn 
  • [4]:  elevprotest zn 
  • [4]:  masseprotest zn 
  • [4]:  studentprotest zn 
Hyponiemen

Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / pɾuˈtest /
Woordafbreking
  • pro·test
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het middeleeuwse Latijn:  protestum zn Latijn:  protestari zn  met het voorvoegsel pro-; zie ook  Protest zn  en  protest zn 
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   protest     protesten     protestar     protestane  

Zelfstandig naamwoord

protest, m

  1. protest
  2. (financieel), (juridisch) openbare verklaring dat een wissel niet tijdig is aanvaard of betaald
  3. (juridisch) bezwaar, verzet
  4. (politiek) betoging, demonstratie, protestmars
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.