sağır

Turks

Woordafbreking
  • sa·ğır
stellend vergrotend overtreffend
sağır daha sağır en sağır

Bijvoeglijk naamwoord

sağır

  1. doof (niet of minder goed tot horen in staat zijnd)
enkelvoud meervoud
nominatief   sağır     sağırlar  
genitief   sağırın     sağırların  
datief   sağıra     sağırlara  
accusatief   sağırı     sağırları  
locatief   sağırda     sağırlarda  
ablatief   sağırdan     sağırlardan  

Zelfstandig naamwoord

sağır

  1. dove (iemand die niet (goed) in staat is te horen)
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.