schoenenwinkel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: schoenenwinkel (hulp, bestand)
Woordafbreking
- schoe·nen·win·kel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van schoen en winkel met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schoenenwinkel | schoenenwinkels |
verkleinwoord | schoenenwinkeltje | schoenenwinkeltjes |
Zelfstandig naamwoord
de schoenenwinkel m
- winkel waar men naast schoenen meestal ook sokken, schoenveters en schoenpoets verkoopt
- Vaak zie je in een stad meerdere schoenenwinks naast elkaar in één straat.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord schoenenwinkel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Nedersaksisch
Zelfstandig naamwoord
schoenenwinkel
Veluws
Zelfstandig naamwoord
schoenenwinkel
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.