schommelstoel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  schommelstoel    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈsxɔməlstul/
Woordafbreking
  • schom·mel·stoel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord schommelstoel schommelstoelen
verkleinwoord schommelstoeltje schommelstoeltjes

Zelfstandig naamwoord

deschommelstoelm

  1. een stoel, gewoonlijk op gebogen staanders, waarop men heen en weer kan schommelen
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord schommelstoel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.