shuffle

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  shuffle    (hulp, bestand)
enkelvoud meervoud
shuffle shuffles

Zelfstandig naamwoord

shuffle

  1. schuifelgang, schuifelpas, slentergang
  2. verwisseling
  3. dubbelzinnigheid
  4. uitvlucht
vervoeging
onbepaalde wijs to  shuffle 
he/she/it  shuffles 
verleden tijd  shuffled 
voltooid
deelwoord
 shuffled 
onvoltooid
deelwoord
 shuffling 
gebiedende wijs  shuffle 

Werkwoord

shuffle

  1. onovergankelijk heen en weer bewegen
  2. onovergankelijk langzaam lopen, schuifelen, slenteren, sloffen
  3. onovergankelijk aarzelen, weifelen
  4. overgankelijk dooreenmengen, herschikken, verdelen, vermengen
  5. overgankelijk smokkelen
  6. overgankelijk, (kaartspel) schudden [3], wassen [5]
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.