slaapmat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  slaapmat    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈslapmɑt/
Woordafbreking
  • slaap·mat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord slaapmat slaapmatten
verkleinwoord slaapmatje slaapmatjes

Zelfstandig naamwoord

deslaapmatv/m

  1. een mat waarop geslapen kan worden
    • Op vakantie slapen veel mensen op een slaapmatje. 
     Naast me hoorde ik geritsel van plastic zakjes en een leeglopend slaapmatje.[1]
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord slaapmat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.