slijmprik

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  slijmprik    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈslɛimprɪk/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • slijm·prik
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord slijmprik slijmprikken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deslijmprikm

  1. (kaaklozen) benaming voor de slijmerige kaakloze vissen uit de familie Myxinidae 
     De slijmprik was de laagste van zijn klasse vanwege de manier waarop het dier aan de kost kwam: het besprong een prooi en slurpte de ingewanden eruit: , een slijmerige 'piraat' met 'nare gewoontes .[2]

Gangbaarheid

  • Het woord slijmprik staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.