starttijd

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  starttijd    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • start·tijd
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord starttijd starttijden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

destarttijdm

  1. tijdstip dat een activiteit begint
    • Volgende week vrijdag een lichtjestocht in het Amsterdamse Bos, voor kinderen vanaf 6 jaar. In het bos is een lichtspoor uitgezet van ongeveer zestig lichtjes, voor een groot deel in een zeer donker gedeelte van het bos - hartstikke spannend dus! Op de aangegeven starttijd (elk half uur) vertrekt een groep kinderen. Ze lopen dan zo’n drie kwartier de lichtjestocht; op eigen initiatief, dus zonder begeleiding. Na afloop kunnen de kinderen zich aan de vuurkorf warmen en zelf marshmellows roosteren. [1] 
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord starttijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. NRC 11 december 2015
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.