symptoom

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  symptoom    (hulp, bestand)
  • IPA: /sɪmˈtom/
Woordafbreking
  • symp·toom
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘(ziekte)verschijnsel’ voor het eerst aangetroffen in 1778 [1]
  • afgeleid van het Griekse 'pī́ptein' (vallen) met het voorvoegsel syn- [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord symptoom symptomen
verkleinwoord symptoompje symptoompjes

Zelfstandig naamwoord

hetsymptoomo

  1. (medisch) ziekteverschijnsel
    • De eerste symptomen komen bij sommige ziekten pas jaren na de besmetting. 
  2. verschijnsel waaraan men iets herkent
Hyponiemen
  • pestsymptoom, stresssymptoom, verkoudheidssymptoom, ziektesymptoom, zwaktesymptoom
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord symptoom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.