toonbankwinkel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  toonbankwinkel    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈtombɑŋkˌwɪŋkəl/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • toon·bank·win·kel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord toonbankwinkel toonbankwinkels
verkleinwoord toonbankwinkeltje toonbankwinkeltjes

Zelfstandig naamwoord

detoonbankwinkelm

  1. (bedrijfskunde) zaak waar een verkoper de klanten van achter een toonbank bedient
    • De manier waarop je de artikelen verkoopt, heeft invloed op het winkelinterieur. Je kunt kiezen tussen een toonbankwinkel en een circulatiewinkel. De toonbankwinkel gebruik je bij het bedieningssysteem. Je helpt de klanten vanachter de toonbank en hebt direct contact met je klant. [1]
    • In de ouderwetse toonbankwinkel op de hoek, bijvoorbeeld, hoorde iedereen wat een vaste klant de kruidenier vertelde, zonder dat het voor andere wachtenden was bedoeld. [2]
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'toonbankwinkel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.