traanbuis

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  traanbuis    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • traan·buis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord traanbuis traanbuizen
verkleinwoord traanbuisje traanbuisjes

Zelfstandig naamwoord

detraanbuisv/m

  1. (anatomie) een buisvormig orgaan dat overtollig traanvocht afvoert naar het neusslijmvlies
    • Een verstopte traanbuis bij pasgeboren baby's, ook wel dacryostenose genoemd, is een aangeboren afwijking. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord traanbuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
90 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Afrikaans

enkelvoud meervoud
naamwoord traanbuis traanbuise

Zelfstandig naamwoord

traanbuis

  1. (anatomie) traanbuis
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.