trainersvak
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: trainersvak (hulp, bestand)
Woordafbreking
- trai·ners·vak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van trainer zn en vak zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trainersvak | trainersvakken |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het trainersvak o
Gangbaarheid
- Het woord trainersvak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Janssen voelt zich senang als trainer: ik ga zeker verder in het vak” (27-04-2018), NOS
- ↑ Weblink bron “Wordt het Everton of PSV voor 'buitenbeentje' Brands?” (06-05-2018), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.