troetelkind

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  troetelkind    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • troe·tel·kind
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord troetelkind troetelkinderen
verkleinwoord troetelkindje troetelkindjes

Zelfstandig naamwoord

hettroetelkindo

  1. buitengewoon geliefkoosd persoon
  2. (figuurlijk) gekoesterd voorwerp of idee

Gangbaarheid

  • Het woord troetelkind staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.