uiteinde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  uiteinde    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈœytɛində/ (3 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland, Limburg): /ˈœʏ.tεɪn.ˌdә/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈœː.tεːn.ˌdә/
Woordafbreking
  • uit·ein·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord uiteinde uiteinden
uiteindes
verkleinwoord uiteindje uiteindjes

Zelfstandig naamwoord

hetuiteindeo

  1. het uiterste punt van iets
    • Het uiteinde van de draad steek je door het oog van de naald. 
     Toen ze plaatsnamen aan het ene uiteinde van de buitenproportionele vergadertafel knipte ze plechtig het slot open van haar zwarte aktetas met het gouden logo en haalde de documenten eruit, het kwartaalrapport en de balans, die ze snel uitdeelde.[3]
  2. een benaming voor oudejaar
    • Waar vier jij dit jaar het uiteinde? 
Hyponiemen
  • staartuiteinde, stengeluiteinde, zenuwuiteinde
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord uiteinde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.