unster

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  unster    (hulp, bestand)
  • IPA: /ʌnstər/
Woordafbreking
  • un·ster
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘weegtoestel’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1472 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord unster unsters
verkleinwoord unstertje unstertjes

Zelfstandig naamwoord

deunsterv/m

  1. een eenvoudig weegtoestel gebaseerd op een balans met ongelijke armen
    • Hij hield de zware zak op aan een unster om het gewicht te bepalen. 
  2. een eenvoudig weegtoestel gebaseerd op de rek van een veer
    • Met de unster kon hij de uitgeoefende zwaartekracht aflezen. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord unster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
29 %van de Nederlanders;
9 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Afrikaans

enkelvoud meervoud
naamwoord unster unsters

Zelfstandig naamwoord

unster

  1. unster
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.