urn

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  urn    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • urn
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘lijkbus’ voor het eerst aangetroffen in 1660 [1]
  • Latijn: urna. [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord urn urnen
verkleinwoord urntje urntjes

Zelfstandig naamwoord

deurnv/m

  1. een aardewerken pot bedoeld de as van een overledene te bevatten
    • Bij de opgraving kwamen een groot aantal urnen aan de dag. 
Hyponiemen
  • grafurn
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord urn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
89 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.