veis
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: veis (hulp, bestand)
- IPA: /vɛis/
Woordafbreking
- veis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | veis | veisen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de veis v / m
- (Jiddisch-Hebreeuws) tweede letter van het alfabet, in gespirantiseerde versie
Verwante begrippen
Bijvoeglijk naamwoord
veis
- partitief van de stellende trap van vei
Gangbaarheid
- Het woord veis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ʋæjs /
Woordafbreking
- veis
Naar frequentie | 21433 |
---|
Zelfstandig naamwoord
veis
Schrijfwijzen
- vegs
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ver |
veis
- tweede persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van ver
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.