verdichtsel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  verdichtsel    (hulp, bestand)
  • IPA: /vərˈdɪxtsəl/
Woordafbreking
  • ver·dicht·sel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord verdichtsel verdichtsels
verdichtselen
verkleinwoord verdichtseltje verdichtseltjes

Zelfstandig naamwoord

hetverdichtselo

  1. iets dat niet bestaat, een verzinsel
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord verdichtsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
61 %van de Nederlanders;
54 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.