vlammenwerper

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vlammenwerper    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vlam·men·wer·per
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘wapen dat een vlam spuit’ voor het eerst aangetroffen in 1917 [1]
  • samenstelling van  vlam  en  werper  met het invoegsel -en-  [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord vlammenwerper vlammenwerpers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

devlammenwerperm [3]

  1. (militair) wapen dat een vlam spuit
    • Als de Slag om Okinawa eind maart 1945 losbarst, moet Doss zich dus bewijzen. Een beetje zoals Gibson zelf, die na dronken, racistische tirades en labiel gedrag zo’n tien jaar persona non grata was in Hollywood. Gibson toont die meedogenloze slag onverbloemd, met fluitende kogels, bulderend mortiervuur, helse vlammenwerpers en vlijmscherpe bajonetten. Ledematen vliegen in het rond, lichamen worden opengereten en de vijand blijft maar uit de verborgen bunkers en tunnels komen. [4] 
Synoniemen
  • vlammenspuit

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord vlammenwerper staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.