vreemdeling

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vreemdeling    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈvremdəˌlɪŋ/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • vreem·de·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vreemdeling vreemdelingen
verkleinwoord vreemdelingetje vreemdelingetjes

Zelfstandig naamwoord

devreemdelingm

  1. iemand die afkomstig is uit een ander gebied of land dan dat waar hij verblijft
    • De vreemdeling verbleef in een asielzoekerscentrum. 
  2. (figuurlijk) iemand die nog niet zoveel van een onderwerp weet of op een bepaald gebied nog onbekend is
    • Als vreemdeling in het bankwezen moest hij erg wennen aan alle afkortingen. 
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • een vreemdeling in Jeruzalem
    ergens niet bekend zijnd met de gang van zaken of zich daar niet thuis voelend
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord vreemdeling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.