vruchtbeginsel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vruchtbeginsel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • vrucht·be·gin·sel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vruchtbeginsel vruchtbeginselen
vruchtbeginsels
verkleinwoord vruchtbeginseltje vruchtbeginseltjes

Zelfstandig naamwoord

hetvruchtbeginselo

  1. (biologie) het benedenste deel van de stamper, waarin zich de zaadknoppen bevinden, en dat kan uitgroeien tot vrucht
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord vruchtbeginsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.