waardplant
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: waardplant (hulp, bestand)
Woordafbreking
- waard·plant
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van waard zn en plant zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | waardplant | waardplanten |
verkleinwoord | waardplantje | waardplantjes |
Zelfstandig naamwoord
de waardplant v / m [1]
- (plantkunde) plant waarop een parasiet groeit
- (plantkunde) plant waarop insecten hun eieren leggen
- ▸ Ook slangenkruid is erg nuttig is dit type geveltuin, en dat is niet vanwege de dierennaam. Vlinders en motten gebruiken het als waardplant, wat inhoudt dat het hier zijn eitjes op legt. Andere voorbeelden van planten die goed zijn voor de biodiversiteit zijn wilde marjolein en kaasjeskruid.[2]
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord waardplant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Marel Holtermans“Geveltuin aanleggen in Deventer: dit moet je weten” (12-04-2023), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.