wedeblauw

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  wedeblauw    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈwedəˌblɑu/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • we·de·blauw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wedeblauw -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetwedeblauwo

  1. blauwe kleurstof gewonnen uit de wedeplant Isatis tinctoria , een minder geconcentreerde vorm van indigo
    • Volgens mij is het wedeblauw, net als de bloemen van de wedeplant. [2]
Verwante begrippen
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen wedeblauwwedeblauwerwedeblauwst
verbogen wedeblauwewedeblauwerewedeblauwste
partitief wedeblauwswedeblauwers-

Bijvoeglijk naamwoord

wedeblauw

  1. met een donker blauwe kleur
     'Die oude man met zijn oorlogskleuren! Wat een aanblik! Ik dacht eerst dat de oude Britten in hun wedeblauwe uitmonstering naar Casker's Island waren gekomen.[3]

Gangbaarheid

  • Het woord 'wedeblauw' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.