winterjas

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  winterjas    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • win·ter·jas
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord winterjas winterjassen
verkleinwoord winterjasje winterjasjes

Zelfstandig naamwoord

dewinterjasv/m

  1. (kleding) warme jas voor de winter
Antoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord winterjas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.