zwempak
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zwempak (hulp, bestand)
- IPA: / ˈzwɛmpɑk / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- zwem·pak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zwem ww en pak zn [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | zwempak | zwempakken |
| verkleinwoord | zwempakje | zwempakjes |
Zelfstandig naamwoord
het zwempak o
- (kleding) kleding die tijdens het zwemmen kan worden gedragen
- ▸ Mijn moeder trok haar zwempak aan en ging naast me op de rand van het zwembad zitten en samen lieten we onze voeten in het water bungelen, terwijl we naar de andere kinderen keken die de technieken uitvoerden die ze hadden geleerd.[2]
- ▸ Hij heeft geen blik voor de meisjes in het dorp die in zwempak zijn naam roepen.[3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord zwempak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zwempak" herkend door:
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 99 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Strayed, Cherl“Schitterende kleine dingen” (2021), Thomas Rap , ISBN 9789400408784
- ↑ Paul Fournel“Thuis in het peleton” (2023), Oevers, ISBN 9789493290396
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.