βαίνω

Oudgrieks

stamtijd
praesens aoristus perfectum futurum
actief βαίνω ἔβην βέβηκα βήσω
med/pass. (-εβάθην) (-βέβαμαι)

Werkwoord

βαίνω (baínō)

  1. onovergankelijk gaan, lopen, schrijden
  2. onovergankelijk weggaan, vertrekken
  3. onovergankelijk aankomen, arriveren
  4. overgankelijk bestijgen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.