Feierabend

Duits

Uitspraak
  • Geluid:  Feierabend    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈfaɪ̯ɐˌʔaːbn̩t /
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
nominatief der Feierabenddie Feierabende
genitief des Feierabendsder Feierabende
datief dem Feierabend
dem Feierabende
den Feierabenden
accusatief den Feierabenddie Feierabende

Zelfstandig naamwoord

Feierabend m

  1. (historisch) (religie) de avond voor de feestdag, heiligendag
  2. (figuurlijk) einde van de werkdag

Verwijzingen

  1. Weblink bron Feierabend, digitalisierte und von Wolfgang Pfeifer überarbeitete Version im Digitalen Wörterbuch der deutschen Sprache (1993) in:
    Wolfgang Pfeifer et al.
    Etymologisches Wörterbuch des Deutschen op www.dwds.de
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.