Hausa

Nederlands

ISO 639-3
hau
bestand
Uitspraak
  • Geluid:  Hausa    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhɑusa/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • Hau·sa
enkelvoudbezitsvorm meervoud
naamwoord Hausa- -
verkleinwoord -- -

Eigennaam

hetHausao

  1. geen meervoud (taal) taal die wordt gesproken door meer dan 85 miljoen mensen, vooral in Niger en Nigeria maar ook als lingua franca door veel anderen in Afrika
     Engels is slechts een taal, zoals Yoruba en Igbo en Hausa.[1]
Vertalingen
m enkelvoud meervoud
naamwoord Hausa Hausa
Hausa's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deHausam

  1. (persoon) (demoniem) iemand die behoort tot het gelijknamige volk
     Hoewel Nkrumah streeft naar het bereiken van zo groot mogelijke materiële welvaart voor de Ghanese bevolking, toch moet men in hem zien de staatsman, die in de eerste plaats de gedachte wil verwerkelijken dat, de stamverschillen in Ghana ten spijt, er politiek gesproken geen verschil bestaat tussen een Hausa, een Ga, een Fanti, een Ashanti of een Ewe.[2]
Vertalingen
mv enkelvoud meervoud
naamwoord 1. Hausa Hausa
verkleinwoord - -

deHausamv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord Hausa
     De Hausa en Fulani stellen dat zij sinds de koloniale tijd rechten hebben opgebouwd om de lokale leiders te benoemen, maar dat deze rechten niet worden geëerbiedigd.[3]
  2. alleen meervoud (demoniem) volk uit West-Afrika van meer dan 85 miljoen mensen vooral in Nigeria en Niger
     In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, zijn de slaven uit allerlei volkeren meegevoerd: van Fulani, Mande en Hausa in West-Afrika tot zelfs Himba in zuidelijk Afrika, Karo in wat nu Ethiopië is of Zans die uit diverse delen van het continent afkomstig waren.[4]
stellend
onverbogen Hausa
verbogen -

Bijvoeglijk naamwoord

Hausa

  1. behorend tot of betrekking hebben op het gelijknamige volk
     Westerhof vertelt over de president die hem persoonijk belde, over de mooie Hausa vrouwen, over de fanatieke Nigeriaanse pers die hij met alle middelen moest bespelen en bestrijden.[5]
  2. behorend tot of betrekking hebben op de gelijknamige taal
     Een Hausa woordenboek is gereed gekomen.[6]

Gangbaarheid

  • Het woord 'Hausa' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Jamila Meischke
    “De taal van de voormalige bezetter klinkt steeds minder vaak in Afrika” (30 januari 2023) op nrc.nl
  2. Weblink bron
    R.C. Winter
    Kwame Nkrumah ... stamhoofd aller stamhoofden... in: De Nieuwe Stem., jrg. 16 nr. 3/4 (maart/april 1961), Boek- en handelsdrukkerij Nimo, Monnickendam, p. 242
  3. Weblink bron “Geweld Nigeria: mogelijk 500 doden” (8 maart 2010) op nrc.nl
  4. Weblink bron
    Orville Breeveld
    “Voer het moeilijke gesprek over de Afrikaanse rol in de slavernij” (28 augustus 2020) op nrc.nl
  5. Weblink bron
    Fred de Vries
    'Met mijn gewone sloffen zet ik ze een keer voor kak' in: Trouw , jrg. 53 nr. 15533 (12 juni 1995), Organisatie Trouw, Meppel, p. 11 kol. 7
  6. Weblink bron “Wetenschapsbudget 1977, Kamerstukken zitting 1976-1977, 14101, nrs. 1-2” (1976), Tweede Kamer, 's-Gravenhage, p. 148

Duits

Zelfstandig naamwoord

Hausa

  1. (taal) Hausa; taal die in Niger en Nigeria gesproken wordt en, als een lingua franca door veel anderen in Afrika.

Engels

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Zelfstandig naamwoord

Hausa

  1. (taal) Hausa; taal die in Niger en Nigeria gesproken wordt en, als een lingua franca door veel anderen in Afrika.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.