Islanďanka
Slowaaks
Uitspraak
- IPA: /ɪslanɟaŋka/
Woordherkomst en -opbouw
Zelfstandig naamwoord
Islanďanka v
- (demoniem) IJslandse; een vrouw met de IJslandse nationaliteit
- (demoniem) IJslandse; een vrouw behorend tot het IJslandse volk
Verwante begrippen
- Island m
- islandčina v
- islandsky (bw.)
- islandský
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /ɪslanɟaŋka/
Woordafbreking
- Is·lan·ďan·ka
Woordherkomst en -opbouw
Zelfstandig naamwoord
Islanďanka v
- (demoniem) IJslandse; een vrouw met de IJslandse nationaliteit
- (demoniem) IJslandse; een vrouw behorend tot het IJslandse volk
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | Islanďanka | Islanďanky |
genitief | Islanďanky | Islanďanek |
datief | Islanďance | Islanďankám |
accusatief | Islanďanku | Islanďanky |
vocatief | Islanďanko | Islanďanky |
locatief | Islanďance | Islanďankách |
instrumentalis | Islanďankou | Islanďankami |
Hyperoniemen
- Evropan m bezield
Afgeleide begrippen
- Islanďančin
Verwante begrippen
- Island m onbezield
- islandsky (bw.)
- islandský
- islandština v
- po islandsku
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.