Kidnapper
Duits
Uitspraak
- IPA: /ˈkɪt.nɛ.pɐ/
Woordafbreking
- Kid·nap·per
Woordherkomst en -opbouw
- Ontleend aan het Engelse kidnapper.
Zelfstandig naamwoord
Kidnapper m
- (informeel) kidnapper, ontvoerder
- «Die Kidnapper sind bewaffnet und gewaltbereit.»
- De kidnappers zijn gewapend en bereid om geweld te gebruiken.
- «Die Kidnapper sind bewaffnet und gewaltbereit.»
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | der Kidnapper | die Kidnapper |
genitief | des Kidnappers | der Kidnapper |
datief | dem Kidnapper | den Kidnappern |
accusatief | den Kidnapper | die Kidnapper |
Synoniemen
- Entführer
Hyponiemen
- Kidnapperin
Verwante begrippen
- kidnappen, Kidnapping
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.