Schannschtee
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ˈʃanʃteː /
Woordafbreking
- Schann·schtee
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Duitse woord Schornstein zn , dat van het Oudhoogduitse woord scorrenstein zn komt
| enkelvoud (onbepaald) |
enkelvoud (bepaald) |
meervoud (onbepaald) |
meervoud (bepaald) | |
|---|---|---|---|---|
| nominatief | en Schannschtee | der Schannschtee | Schannschtee | die Schannschtee |
| datief | me Schannschtee | em Schannschtee | Schannschtee | de Schannschtee |
| accusatief | en Schannschtee | der Schannschtee | Schannschtee | die Schannschtee |
Zelfstandig naamwoord
Schannschtee, m
- (bouwkunde) schoorsteen
- «Der Santa waar gschtucke im Schannschtee, er henkt datt un kickt.»
- De kerstman zat vast in de schoorsteen, hij hangt daar en trapt.
- «Der Santa waar gschtucke im Schannschtee, er henkt datt un kickt.»
Schrijfwijzen
- Schannschde zn
- Scharnschde zn
- Scharnschtee zn
Afgeleide begrippen
- Schannschteefeger zn
- Schannschteeloch zn
Opmerkingen
Zelfstandig naamwoord
Schannschtee
- mannelijk meervoud van Schannschtee
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.