Schul

Pennsylvania-Duits

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈʃuːl /
Woordafbreking
  • Schul
enkelvoud
(onbepaald)
enkelvoud
(bepaald)
meervoud
(onbepaald)
meervoud
(bepaald)
nominatief en Schuldie SchulSchuledie Schule
datief re Schulder SchulSchulede Schule
accusatief en Schuldie SchulSchuledie Schule

Zelfstandig naamwoord

Schul, v

  1. (onderwijs) school
    «Heitzudaage gebt es viel Busse die kumme zu de Kinner ihr Haus un dann faahre sie graad zu Schul
    Tegenwoordig zijn er vele bussen die komen naar het huis van de kinderen en dan rijden ze meteen naar school.
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • Schul gewwe
les geven op een school
Opmerkingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.