Schwarm

Duits

Uitspraak
  • Geluid:  Schwarm    (hulp, bestand)
  • IPA: /ʃvaʁm/
Woordafbreking
  • Schwarm
Woordherkomst en -opbouw
  • erfwoord Ontwikkeld uit Oudhoogduits swarm, uit Germaans *swarma-, verwant aan Nederlands zwerm, Engels swarm, Deens sværm.
  • [2] Naamwoord van handeling van ww schwärmen.

Zelfstandig naamwoord

Schwarm m

  1. vlucht, zwerm
    «Ein Schwarm von Vögeln fliegt über den See.»
    Een vlucht vogels vliegt over het meer.
  2. (spreektaal) bevlieging, persoon op wie men verkikkerd is
Verbuiging
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.