agronomie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  agronomie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • agro·no·mie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord agronomie -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deagronomiev

  1. (landbouw) (wetenschap) studie van de landbouw
    • Ik studeer momenteel agronomie. 
     Internationaal wordt in de agronomie vanuit duurzaamheidsoogpunt gestuurd op de 4xR strategie: de juiste plaats, het juiste tijdstip, de juiste meststof en de juiste dosering.[2]
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord agronomie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
68 %van de Nederlanders;
84 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. agronomie op website: Etymologiebank.nl
  2. “Report 1695.N.17 Mestbewerking en Waterkwaliteit” (2019)
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.