bietje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bietje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • biet·je

Zelfstandig naamwoord

hetbietjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord biet

Gangbaarheid

  • Het woord bietje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Limburgs

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /bicɐ/ (Etsbergs)

Zelfstandig naamwoord

bietje o

  1. beetje
Verbuiging
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.