bonusmoeder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bonusmoeder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bo·nus·moe·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bonusmoeder bonusmoeders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debonusmoederv

  1. (eufemisme) latere levenspartner van vader dan de eigen moeder
     In deze Moederdagspecial zet Robert ten Brink moeders in het zonnetje. Onder hen Jetske, die haar kleinzoon uit Canada nog nooit heeft vastgehouden. En Debby wil haar bonusmoeder Ingrid bedanken voor haar lieve zorg.[1]
     Vandaag is het dubbel feest voor Juvat Westendorp, hij is dankbaar dat hij niet alleen een moeder, maar ook nog een bonusmoeder in zijn leven heeft.[2]


Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'bonusmoeder' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Veronica Superguide
    “Vanavond (8 mei 2021) op tv: Finale Lego Masters, Hier zijn de Van Rossems en All You Need is Love: Moederdagspecial” (08-05-2021), Tubantia
  2. Weblink bron
    Denise de Koning
    “Miljuschka krijgt poepende hond voor Moederdag en Royce voor tweede keer vader geworden” (14-05-2023), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.