bosgod

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bosgod    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bos·god
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bosgod bosgoden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

debosgodm

  1. (mythologie) halfgod die in de bossen woonde
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bosgod staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
80 %van de Nederlanders;
77 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.