cabaretier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  cabaretier    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ca·ba·re·tier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord cabaretier cabaretiers
verkleinwoord cabaretiertje cabaretiertjes

Zelfstandig naamwoord

decabaretierm

  1. (beroep) (kunst) een beoefenaar van het cabaret
    • Kees van Kooten is een bekende Nederlandse cabaretier zie samen werkte met Wim de Bie. 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord cabaretier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Frans

Woordafbreking
  • ca·ba·re·tier
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  cabaretier     le cabaretier     cabaretiers     les cabaretiers  

Zelfstandig naamwoord

cabaretier m

  1. (beroep) herbergier, kroegbaas, kroeghouder
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.