cela

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
celar

cela

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van celar
  2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van celar

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /tsɛla/
  • Geluid:  cela    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ce·la

Zelfstandig naamwoord

cela

  1. cel; een kleine ruimte waar iemand voor straf moet zitten (in een gevangenis)
  2. cel; een kleine ruimte (in een klooster)
Verbuiging
Synoniemen
  • kobka v
Typische woordcombinaties
  • cela smrti

Verwijzingen

    Zelfstandig naamwoord

    cela

    1. nominatief meervoud van celo
    2. accusatief meervoud van celo
    3. vocatief meervoud van celo
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.