chape

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  chape    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • cha·pe
enkelvoud meervoud
naamwoord chape chapes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dechapev

  1. (Belgisch Nederlands) (bouwkunde) zandcementvloer
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord chape staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
19 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Frans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ʃap/
Woordherkomst en -opbouw
  • Ontleend aan het Volkslatijn cappa cape, kap [1]
Woordafbreking
  • chape
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  chape     la chape     chapes     les chapes  

Zelfstandig naamwoord

chape v

  1. (kleding) mouwloze, lange mantel, cape
  2. (bouwkunde) zandcementvloer
  3. (heraldiek) (figuurlijk) een rechthoekig vlak bestaande uit een bovendriehoek en een benedendriehoek
  4. (techniek) de bekleding van een katrol
  5. (leerbewerking) uiteinde van de riemgesp
  6. (verpakking e.d.) metalen sluithuls
  7. buitenste schil (of onderdeel) van een autoband, mal (e.d.)

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.