diersoort
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: diersoort (hulp, bestand)
Woordafbreking
- dier·soort
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van dier en soort
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | diersoort | diersoorten |
verkleinwoord | diersoortje | diersoortjes |
Zelfstandig naamwoord
de diersoort v / m
- (biologie) de verzameling individuele dieren die genetisch verwant genoeg zijn dat zij zich onderling kunnen voortplanten
- Het grootste aantal diersoorten is onder de insecten aan te treffen.
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord diersoort staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "diersoort" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.