eenmanszaak

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  eenmanszaak    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈemɑnˌsak/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • een·mans·zaak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eenmanszaak eenmanszaken
verkleinwoord eenmanszaakje eenmanszaakjes

Zelfstandig naamwoord

deeenmanszaakv/m

  1. bedrijfsvorm waarbij één persoon in alle opzichten verantwoordelijk is voor de onderneming, en wel rechtstreeks, niet als eigenaar/bestuurder van een besloten vennootschap (bv)
     Minister Micky Adriaansens van Economische Zaken wil dat eenmanszaken hun vestigingsadres straks volledig kunnen afschermen in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel (KVK). Ondernemers moeten als alternatief dan wel een postadres registreren. KVK schermt nu al op verzoek af bij een vermoeden van dreiging.[2]
Synoniemen
Verwante begrippen
woorden die met eenmans- beginnen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord eenmanszaak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “Minister wil dat eenmanszaken adres kunnen afschermen bij KVK” (Woensdag 29 juni 2022), NU.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.